|
■ Bij de aankondiging van "Eternity in Light" samengesteld in opdracht van de nu 97-jarige Li Ka-shing, oud-ondernemer te Hong Kong (hij is opgevolgd door een zoon) en, naar men zegt, de rijkste man van Azië werd uiteraard aandacht besteed aan de in zijn opdracht gebouwde tempel, de Tze Shan, gebouwd bij een eveneens 10 jaar geleden gereed gekomen "gated community" op een van de Hongkong-eilanden, een wooncomplex waar alleen belanghebbenden toegang toe hebben.
Wie de Tze Shan wil bezoeken moet zich vooraf even aanmelden, dit om te voorkomen dat een zekere aan rust op de terreinen gewaarborgd blijft.
Laten we het verhaal over de familie Li even over aan diegenen die er in bovenaangegeven nummer van de SCMP kennis van willen nemen, dan kunnen we ons enigszins wijden aan de triade aan Boeddhas in het meest belangrijke gebouw op het terrein. (De afbeelding kan vergroot worden)
Eigenlijk moeten we spreken over een quinarius, met z'n vijfjes, in het latijn.
Wat de opdracht is geweest aan de maker(s) van de goudkleurige beelden is hier niet bekend, maar de handhoudingen (mudras) roepen vraagtekens op.
Twee van de boeddhabeelden zien we met de oudste meditatie-handhouding — de middelste en de, vanuit ons gezien, aan de rechterkant zittende. Het andere grote beeld, links vanuit ons perspectief, toont een handhouding die we eerder tegenkomen in (bepaalde) zen-kringen.
In Chinese tempels is het gebruikelijk een triade aan te treffen bestaande uit Sakyamuni Boeddha
in het midden, geflankeerd door links en rechts Amitābha Boeddha
en Bhaisájya Boeddha.
Ze hebben ieder zo hun eigen mudra hoewel Bhaisájya Boeddha nogal eens gezien wordt als een (dit is een hindu-begrip:) avatar van Sakyamuni. In dat licht zou het niet vreemd moeten zijn indien beiden met dezelfde mudra worden afgebeeld. Maar in dat geval, in Hong Kong, zou het derde beeld, dat van Amitābha Boeddha niet een "zen-mudra" moeten of kunnen hebben.
De opstelling wordt nog raadselachtiger wanneer we kijken naar de twee kleine boeddhabeelden die tussen de drie grote geplaatst zijn. Een ervan (recths) toont de abhaya-mudra, het vrees-afwerende gebaar waarbij de palm van de rechterhand aan de toeschouwer getoond wordt en zo ongeveer ter schouderhoogte is opgeheven. De andere figuur houdt de handen ter hoogte van de taille zoals we dat ook wel tegenkomen bij afbeeldingen van
Ananda Sakyamuni Boeddha's neef en verzorger.
Binnen de Chinees-mahāyānistische traditie zou die opstelling vreemd gevonden kunnen worden omdat we daar, zo er al attendanten worden getoond, het doorgaans de figuren Quanyin en
Da Shr Chih zijn die voor, naast, of tussen de drie Boeddhas staan.
Het blijft een puzzeltje, maar het neemt niet weg dat we hier te maken hebben met een fraai uitgevoerde tempelhal waar Hong Kong trots op mag zijn.
|
|
■ Hong Kong
In het mandarin wordt de stadstaat Xiang Gang genoemd, en in het cantonees Hoèng Góng, in beide talen "geurige haven", zo genoemd naar de agarboom die daar groeide en in het verleden werd gebruikt om er wierook van te maken.
Macau, waar we het hier niet over hebben, heet in het moderne mandarin Aomen, afgeleid van het oude Ama-gao oftewel "De baai van Ama", de volksgodin van de zeelieden.
■ Terug naar de voorpagina
■ naar het White Jade River-blog
■ Words in picture-blog
|
|
|
|
Nieuws over Boeddhisme is een productie van White Jade River, Instituut voor Boeddhisme.
De paginas bestaan sinds december 2004.
|
Stichting onder nummer 20138036.
|
| |