|
■ Terwijl het Koreaanse tempelvoedsel op de lijst nationale erfgoederen is komen te staan, hebben vijftien buitenlandse journalisten, schrijft Charles Audouin van
KoreaNet, het temple-stayprogramma uitgeprobeerd. Hoe lang meldt Charles niet, en wie die buitenlandse reporters waren weten we ook niet, maar gezien de kleur van het haar — overwegend pikzwart — moeten we toch denken aan verslaggevers uit de regio, niet van al te ver weg, althans de 9 "have hair" die we op het plaatje zien.
Denk overigens niet dat wat de beroemde tempelkok, de eerw. Jeonggwan, de verslaggevers voorschotelde nu ook zo in andere tempels op tafel komt. Het gewone tempelvoedsel is heel ongeraffineerd: veganistisch, geen knoflook en andere gewassen waardoor we uit onze poriën en mond zouden kunnen gaan stinken, en geen alcohol. Mild scherpe kruiden komen in haar keuken kennelijk wel aan bod, en dat is anders en opvallend vergeleken met de rest van de tempel-cuisine uit Oost-Azië, zeker die van China.
In principe is dat wat Jeong-gwan sunim op tafel zet eveneens heel eenvoudig, maar zij maakt gerechten van wat elders gewoon een kom met eten is die snel naar binnen wordt gewerkt om tijd over te houden voor andere zaken.
|
|
|
|