|
|
Was Agvan Dorjiev in die tijd al een bijzondere figuur, terecht of ten onrechte beschreven als een tibetaanse spion met een doel waarvan niemand ooit het fijne heeft kunnen achterhalen, de Roerichs waren met dit zich en hun plannen opdringen aan als belangrijk geziene mensen, en vooral aan het grote geld, zoals dat heet, zo overtuigd van eigen belang dat ze zonder enige mate van zelfreflectie nu eens bij de een, en dan weer bij de ander kwamen oppijpen over Het Grote Plan, en of de aangesprokene daar maar even mee wilde instemmen, danwel wilde financieren of investeren in voorziene mijnbouw-activiteiten te Zvenigorod. Ze waren ontzettend belangrijk bezig, de Roerichs.
En voor we verder gaan, die sympathie voor het samenkomen van het boeddhisme en het communisme heeft maar een paar jaar geduurd. Wanneer die hele Zvenigorod-onderneming door Rusland niet langer wordt ondersteund, en de lamas — diegenen die de familie ontmoette — geen vinger uitsteken, zwaait de Roerich-familie, eenmaal voorgoed in India gevestigd, weer terug naar het bekende behoudende alhoewel — maar dat heeft McCannon niet echt uitgewerkt — met medeneming van de Nehru-familie's penchant naar links. Shambalá was en bleef het doel, niet het bereiken van een politiek ideaal.
O, en in 1922, toen in Mumbai om daar een school te stichten, had Annie Besant al voorspeld dat Boeddha in 1936 terug zou keren op aarde, een mededeling die Helena Roerich deed vaststellen dat hun eigen rijk, dus Shambalá, (niet gevestigd te Harbin, maar in Zvenigorod, niet het bekende Zvenigorod, maar die nieuwe (mijnwerkers-)stad aan de voet van de hoogste berg van de Altai in Siberië, een "stad van bellen/klokken" [McCannon p.291]), er dan eerder moest komen om hem — naar Helena's mening Maitreya — te verwelkomen, en dat de (13e) dalai lama een tempel in Siberië (dus in Zvenigorod) zou laten bouwen om de boeddhistisch-russische entente gestalte te geven.(McCannon p.246) In latere jaren zullen de Roerichs hun bijna-obsessie met de 13e dalai lama inruilen voor een voor de 9e panchen lama die onvindbaar blijft, hoe ernstig Nicholas, eenmaal in 1935/6 in Mongolië, ook naar hem op zoek gaat.
En, terug naar het verleden, ook in het New York van 1921 - 1925 had de familie met hun "inner circle" om zich heen de werken doorgenomen van een heel aantal nieuwe mystici, waarzeggers, kruidenvrouwtjes en anderen onder wie pan-hindus als Vivéka-nanda en Rama-krishna, en van Steiner die verguisd werd omdat hij Blavatsky's leerstellingen had verbogen en vervoegd. Met andere woorden, Steiner's antroposofie bestond al, maar dat was Roerich kennelijk niet (goed) genoeg, en bovendien willen dergelijke spiritueel hoge ogen gooienden wel graag zelf op de hoogste zetel op de Olympus zitten, met de anderen aan hun voeten. En overigens had "Morya", een van Blavatsky's voor anderen onzichtbare en onhoorbare wijzen, tijdens een van de familie's sceances onthuld dat moeder Helena Roerich Boeddha's dochter(2) was geweest. (ibid p.239/40)
verder
(2) Zoon George studeerde een aantal talen waaronder Sanskriet en Pāli. Hij zal zijn ouders betitelingen hebben voorgehouden als Māradhītu: Māra's dochters (meerv.). We kunnen ons voorstellen dat moeder daarop een "nou, ik ben Boeddha's dochter" : (Buddhadhīta - enkelv.) ten beste gaf. En wellicht heeft ze dit haar volgelingen voor willen houden als letterlijk te begrijpen, niet in overdrachtelijke zin als in "dochter van het land, of "kind van de Volga".
|
|
|
| |
|
|
|
Nieuws over Boeddhisme is een productie van White Jade River, Instituut voor Boeddhisme.
De paginas bestaan sinds december 2004.
|
Stichting onder nummer 20138036.
|
| |